verhalenverteller Melanie Plag

Een traditioneel verhaal van de Hopi Indianen

Lang geleden, toen de wereld nog maar pas bestond, waren de aarde en de hemel nog niet van elkaar gescheiden. De hemel lag vlak boven de aarde: vogels vlogen vlak over de grond en dieren die konden rennen en springen hadden het gevoel dat ze vlogen.

Op een morgen dronk een eland water bij het meer en zag de spiegeling van de lucht in het water. Er klopte iets niet. Hij tilde zijn kop op en keek omhoog: de hemel bewoog! De hemel dreef weg van de aarde! “Dat kan ik niet laten gebeuren,” zei de Eland. Hij stak zijn gewei in de onderkant van de hemel en probeerde hem zo dicht bij de aarde te houden. Gauw riep hij de andere dieren om hulp. Maar de hemel steeg verder, steeds verder omhoog, en Eland werd van de grond getild. Hij trok zijn gewei uit de hemel en viel met een plof weer op aarde.

Beer had Eland horen roepen en kwam eraan gerend. Hij keek omhoog en zag hoe de hemel wegdreef van de aarde. “Dat kan ik niet laten gebeuren,” zei de Beer. Hij nam een sprong en sloeg zijn nagels in de hemel en probeerde hem naar beneden te trekken. Maar de hemel steeg hoger en hoger en ook de beer werd opgetild. Hij maakte zijn klauwen los en viel met een smak op de grond.

Inmiddels waren de andere dieren er ook aan gekomen. Ze keken op en zagen hoe de hemel steeds verder wegzweefde van de aarde. Ze sprongen en probeerden de hemel te grijpen, maar het lukte niet. Ze begonnen druk met elkaar te praten, wat ze nu toch moesten doen. Terwijl ze praatten kwam Grootmoeder Spin dichterbij en ze zei: “Ik heb een idee.”

“Grootmoeder Spin,” zeiden de andere dieren, “Dit is een ernstig probleem. Het is toch veel te groot voor jou. Zelfs de enorme Eland en de grote Beer konden de hemel niet tegenhouden en die zijn veel groter en sterker dan jij.” “Maar ik heb een idee dat zal lukken, “ zei Grootmoeder Spin. “Nu niet, Grootmoedertje. We hebben nu even geen tijd voor jou.”

Grootmoeder Spin vond dat niet leuk. Maar ze begreep dat de anderen bezorgd waren. Ze rende het dorp uit en klom op de dichtstbijzijnde berg. Grootmoeder begon een draad te spinnen. Ze spon en ze spon en ze spon. Daarna weefde ze van die draad een web. En toen ze klaar was, rolde Grootmoeder het web op tot een bal en bond die  met een draad vast aan een boom. Ze gooide de bal van spinrag hoog in de lucht. Helemaal omhoog. Maar toen raakte de bal weer de grond en viel uitelkaar. Grootmoeder Spin had de hemel niet geraakt.

Grootmoeder Spin pakte haar web bij elkaar en maakte er weer een bal van. Weer gooide ze de bal van spinnenweb. Helemaal omhoog, nog hoger dan de eerste keer. Maar ook nu miste ze de hemel. De bal viel op de grond en viel weer uitelkaar.

Grootmoeder Spin pakte haar web nog een keer bij elkaar en maakte er nog een keer een grote bal van. Ze gooide de bal voor de derde keer omhoog. En deze keer raakte ze het randje van de hemel. Het spinrag bleef plakken en Grootmoeder Spin rende zo snel als ze kon langs de draad omhoog. Ze maakte het web goed aan alle kanten vast aan de hemel en sprong terug naar de aarde. En terwijl ze terugsprong, spon ze een nieuwe draad. Ze spon en ze spon en ze spon!

Toen ze de aarde bereikte, maakte Grootmoeder Spin de nieuwe draad vast aan de aarde en ze klom weer omhoog. Keer op keer klom ze zo omhoog, maakte een nieuwe draad vast aan de hemel en weefde een web als ze weer naar beneden viel. De rest van de dag en de daaropvolgende nacht bleef Grootmoeder Spin draden spinnen om de hemel aan de aarde vast te binden.  En de volgende morgen kon de hemel niet meer verder stijgen door alle draden die hem vasthielden aan de grond. Met een laatste ruk kwam de hemel tot stilstand en de aarde schudde.

De dieren schrokken van de schok en stopten met praten. Ze keken omhoog naar de lucht en konden hun ogen niet geloven toen ze Grootmoeders spinnenwebben zagen hangen tussen hemel en aarde. De dieren haastten zich naar Groetmoeder Spin en zeiden: “Sorry, dat we niet naar je idee wilden luisteren, Grootmoeder. Het spijt ons vreselijk dat we geen tijd voor je hadden. Bedankt, dat je hebt voorkomen dat de hemel wegvloog van de aarde. Als beloning voor deze heldendaad, mogen jij en je kinderen voor altijd in onze huizen wonen.”

En zo komt het, dat je sinds die dag spinnen kunt vinden in de woningen van alle mensen en dieren. De mensen zijn het misschien wel eens vergeten, maar de spinnen en de andere dieren zeker niet. En als je nu eens heel vroeg in de morgen naar buiten kijkt, dan kun je de spinnenwebben nog zien glinsteren tussen hemel en aarde. Sommige mensen  zullen zeggen dat het de stralen van de zon zijn die je ziet, maar jij weet nu wel beter…

Naar de versie van verteller Michael Lockett

Vertaling: Melanie Plag

© Babboes 2009

Voor Kinderboekenweek 2012 ('Hallo, wereld!') maakte Babboes ansichtkaarten bij verhalen uit de hele wereld. Klik op de afbeelding hieronder voor een gratis download van deze kaart. Uitprinten op dik A6 papier (een kwart van een A4-tje) en je hebt je eigen ansichtkaart!

 USA